Voor veel ondernemingen blijft het een ferme doorn in het oog: openstaande facturen. Voor velen, zelfs de meest gezonde bedrijven, een belangrijke oorzaak van cashflow en/of andere financiële moeilijkheden.
Ondanks herhaaldelijk aandringen laten onwillige klanten hun facturen immers vaak onbetaald. Omwille van de gebruikelijke verzuchtingen (te duur, te omslachtig, te veel tijd in beslag nemend) zijn echter weinig bedrijven enthousiast om gerechtelijke invorderingsprocedures op te starten. Maar er is enig licht aan het eind van de tunnel!
Vanaf de eerste helft van 2016 heeft de wetgever immers voorzien in een administratieve procedure, die aan voormelde problematiek wil tegemoet komen. Middels de mogelijkheid van een buitengerechtelijke procedure voor de invordering van niet betwiste schulden tussen handelaars. In concreto: een snellere inning van handelsschulden zonder tussenkomst van de rechter maar via een uitvoerbare titel verleend door een gerechtsdeurwaarder.