In 2013 werden een aantal bepalingen ingevoerd teneinde de werklast binnen justitie te verminderen, waaronder de afschaffing van de vereiste van voorafgaande neerlegging van facturen/afschriften.
Dit betekent in concreto dat vanaf september 2013 elke onbetaalde verkoper van roerende goederen, ongeacht of er facturen werden neergelegd ter griffie van de woonplaats/zetel van de koper, zich zal kunnen beroepen op het voorrecht van de onbetaalde verkoper. Dit houdt in dat de schuldvordering m.b.t. de prijs van niet-betaalde roerende goederen bevoorrecht is indien een aantal voorwaarden voldaan is, onder meer:
- De goederen moeten nog in het bezit van de koper zijn; en
- De goederen mogen niet onroerend door bestemming of incorporatie geworden zijn; (behalve voor bedrijfsmaterieel in nijverheids-, handels-, of ambachtsondernemingen).
Bijgevolg zal de verkoper zich mits bewijs van verkoop en levering op een vereenvoudigde wijze kunnen beroepen op het voorrecht voorzien in artikel 20, § 5 van de hypotheekwet aangezien de overbodig geachte neerlegging ter griffie gevolgd door openbaarmaking afgeschaft werd.