Vanaf 2016 wordt deze tijdelijke heropleving van de gewone investeringsaftrek voor KMO’s definitief. Daarenboven wordt het tarief verhoogd naar 8%, zowel voor zelfstandigen als voor KMO’s. Het cumulverbod met de notionele intrestaftrek blijft behouden.
De tariefverhoging van de investeringsaftrek leidt ertoe dat het voor KMO’s steeds interessanter wordt de notionele intrestaftrek links te laten liggen. Te meer omwille van het feit dat het tarief van de notionele intrestaftrek voor aanslagjaar 2017 nog slechts 1,631% bedraagt voor KMO’s (1,131% voor overige vennootschappen).
Ter illustratie: Een KMO met een eigen vermogen van 50 kEUR, kan middels toepassing van de notionele intrestaftrek 815,5 EUR in mindering brengen van diens belastbare basis. Indien de vennootschap echter investeringen doet ten belope van 15 kEUR, kan zij middels toepassing van de investeringsaftrek 1.200 EUR in mindering brengen van haar belastbare basis.