Bedrijven gebruiken wel eens aandelenopties als alternatieve verloning voor hun werknemers aangezien deze zowel fiscaal als sociaal een gunstige behandeling genieten:
- Sociaal – Vrijgesteld van sociale bijdragen
- Fiscaal – Belastbaar op een forfaitair bedrag (in de regel: 9% of 18% van de onderliggende waarde van de aandelen)
Één van de grote voordelen van aandelenopties, belastbaar op een forfaitair bedrag, is tevens ook één van de grootste valkuilen. Zo zal men steeds belasting verschuldigd zijn bij de toekenning van deze optie, ongeacht of de optie al dan niet later wordt uitgeoefend. Dit betekent, wanneer de waarde van het aandeel daalt onder de uitoefenprijs van het aandeel, de optie niet wordt uitgeoefend. De betrokken werknemer heeft dan bij de toekenning van de optie belasting betaald, waar later geen enkel inkomen tegenover staat. Daarbij is het ook niet mogelijk om een terugbetaling te krijgen van de fiscus van de betaalde belasting.
In haar voorafgaande beslissing (nr 2017.805 van 12 december 2017) stelt de rulingcommissie dat er in bepaalde gevallen voorzien kan worden in een cash betaling gelijk aan de betaalde belasting.
Voorafgaande beslissing
In casu werd de vraag voorgelegd of de werkgever mag voorzien in een belastingvrije cash betaling indien de werknemer een verlies zou realiseren op de verwezenlijking van de aandelenopties. De rulingcommissie antwoordde hierop positief en confirmeerde tevens dat deze betaling een aftrekbare beroepskost vormt voor de onderneming.
Dit zou betekenen dat indien de werknemer niets verdient aan zijn opties, hij ook geen geld zal verliezen!
Op zich bestaan er dus twee scenario’s:
- De aandelenwaarde is lager dan de uitoefenprijs: de werkgever voorziet in een cashbetaling ten belope van de betaalde belasting
- De aandelenwaarde is hoger dan de uitoefenprijs maar de meerwaarde is lager dan de betaalde belasting. In dit geval zal het verschil tussen de meerwaarde en betaalde belasting terugbetaald worden.
Op deze manier wordt het aanbieden van aandelenopties aan werknemers weer net wat aantrekkelijker voor zowel bedrijven als werknemers.
Bron: Fiscoloog , De Tijd