Beleggen in aandelen die vrijgesteld zijn van meerwaardebelasting: het kan nog steeds!
In het kader van de hervorming van de vennootschapsbelasting is een extra voorwaarde toegevoegd om te kunnen genieten van een vrijgestelde meerwaarde op aandelen.
Voor boekjaren die beginnen vanaf 1/1/2018 is een minimale deelneming vereist van 10% of 2,5 miljoen euro aanschaffingswaarde (participatievoorwaarde). Daarnaast dient de participatie minimaal één jaar aangehouden te worden (permanentievoorwaarde) en mag de vennootschap waarvan de aandelen worden aangehouden geen afwijkend taxatieregime genieten.
Belangrijk hierbij is dat de participatie- en de permanentievoorwaarde niet van toepassing zijn voor meerwaarde op aandelen aangehouden door beleggingsvennootschappen.
De wet omschrijft een beleggingsvennootschap als “een vennootschap die het gemeenschappelijk beleggen van kapitaal tot doel heeft”.
Daarbij hanteert de Dienst voor voorafgaande beslissingen in fiscale zaken 2 belangrijke criteria voor de kwalificatie als beleggingsvennootschap:
- Er dient een veelheid aan investeerders te zijn;
- Er dient een veelheid aan investeringen te zijn, ter spreiding van het risico.
Het is dus van belang na te gaan of de vennootschap voldoet aan de fiscale definitie van beleggingsvennootschap.
Het is aan te raden om een schriftelijke bevestiging (ruling) te vragen of voldaan is aan deze fiscale definitie. Zo blijft de latere gerealiseerde meerwaarde van de belegging toch vrijgesteld van belastingen. Eveneens kunnen de ontvangen dividenden genieten van de DBI-aftrek.
