De kogel is door de kerk: geen aftrekbeperking op doorgerekend voordeel van alle aard
Het voordeel van alle aard m.b.t. personenauto's dat bij een bedrijfsleider of werknemer wordt belast in de personenbelasting, mag evenwel in mindering worden gebracht van de niet-aftrekbare autokosten.
De belastingadministratie aanvaardt immers dat, teneinde dubbele belasting te vermijden, het gedeelte van de kosten met betrekking tot het gebruik van een bedrijfswagen door een werknemer of zaakvoerder, niet aan de aftrekbeperking onderworpen wordt «wanneer het overeenstemt met een voordeel van alle aard dat voor die bedrijfsleider of werknemer een belastbaar bestanddeel in de personenbelasting vormt».
Opnieuw, tot hiertoe niets nieuws onder de zon.
Wat als het voordeel van alle aard niet aangegeven wordt in de personenbelasting, maar via een eigen bijdrage geboekt wordt op de rekening-courant van de zaakvoerder, ofwel de werknemer een eigen bijdrage levert?
Welnu, in dergelijk geval is de Administratie van mening dat slechts het netto-voordeel (dus het voordeel van alle aard verminderd met de eigen bijdrage) in mindering mag worden gebracht van de te beperken autokosten. Sterker nog, de Administratie werd hierin gevolgd door bepaalde rechtbanken.
Het standpunt van de Administratie begon evenwel te wankelen op het ogenblik dat het Hof van Antwerpen in 2011 vonniste in het voordeel van de belastingplichtige. Het Hof stelde in duidelijke bewoording dat de eigen bijdrage weldegelijk in mindering gebracht mocht worden van de te verwerpen autokosten.
De Administratie kon zich evenwel niet verzoenen met het standpunt van het Hof en had een voorziening in cassatie ingesteld tegen dit arrest, doch zonder gunstig resultaat!
Case closed!…Of gaat de Administratie aankloppen bij de wetgever…?