De uitzonderingen, toleranties… zijn in tegenstelling tot het grondbeginsel een stuk moeilijker te volgen. Niet alleen de wetgever, maar ook de fiscale administratie durft het geweer nog al eens van schouder te veranderen. De circulaire van 11 juni ll. is daar eens te meer een illustratie van. Eén van de “ontsnappingsroutes” bestaat erin, dat de genieter alsnog belast kan worden op het verkregen voordeel. In dit geval blijft de afzonderlijke aanslag achterwege bij de verlener van het voordeel. Hier zijn bepaalde termijnen e.d.m. van toepassing, maar dit zou ons te ver leiden binnen het opzet van deze bijdrage. Voormelde circulaire duwt op dit punt de duimschroef ietwat verder aan, door te stellen dat er een schriftelijk akkoord vanwege de genieter voor handen moet zijn om de heffing van de afzonderlijke aanslag bij de verlener te vermijden. De wettekst spreekt over identificatie van de genieter, daar waar de circulaire aldus een stuk verder gaat. In het licht van o.a. het legaliteitsbeginsel komt het de administratie niet toe om extra voorwaarden op te leggen die de wet niet voorziet. Het is dan ook reikhalzend uitkijken naar hoe de rechtspraak op deze wending zal reageren.